maandag 21 april 2014

Over domme vis...



De verhalen liggen op straat. Of in het water. Als je maar goed om je heen kijkt.

Deze dagen wordt er naar hartelust gevist langs de fjord. Al geruime tijd zie ik, fietsend over de brug, grote schares sportvissers staan hengelen. De laatste paar dagen vergezeld door een toenemend aantal pleziervissers in bootjes. En allemaal aan een kant van de brug, rechts als je vanuit het centrum komt. Het was me niet eens als zodanig op gevallen. Maar zoals bij veel dingen geldt, het heeft een reden, zo leerde ik zondag.
Het fraaie lenteweer en twee kinderen die de beperkingen van een tweekamer flat probeerden op te rekken, zorgden er voor dat ik Alex en Yelena meenam op een wandeling naar het centrum om ze daar te verblijden met een ijsje. Over de brug lopend wilden Alex en Yelena eerst naar de vissers en hun vangst kijken. Of er nog vissen waren die “flapflapflap” op de kade lagen. Want dat leidt bij de kinderen tot een onbedaarlijk gegiechel.
En jawel hoor, de sportvissers hadden weer flink beet. Emmers vol spartelende vis tot vermaak van de kinderen. Lekker dichtbij gaan staan en terugdeinzen als ze nat gespetterd worden. Goed kijken naar een in stukken gesneden vis in een plasje bloed. Maar toen een van de vissers vroeg of ze een levende vis vast wilden houden, schoten ze onmiddellijk weg achter papa. Echt niet! Zo Deens zijn ze dus nog niet.
Langs de kade een enorme diversiteit aan mensen en talen. Denen uit alle lagen van de bevolking, oost Europeanen, Groenlanders met hun volslagen onverstaanbare taaltje. Alles door elkaar, lekker vissen, auto op de kade, achterklep open met koelboxen vol bier en versnaperingen. Meget hyggeligt!
Na het ijsje liepen we weer terug langs de vissers en daar raakte ik aan de praat met een man die juist een lijn met vijf haringen had binnen gehaald. “Vissen zijn dom” sprak hij lachend. “En deze helemaal! Elk jaar in april komen er scholen haring de fjord binnen gezwommen. En overdag blijven ze hier voor de brug rond zwemmen tot het nacht is. Waarom? Omdat de brug overdag een donkere schaduw in het water maakt, waardoor de haringen denken dat ze niet verder kunnen. Pas ’s nachts, als de zon weg is, zwemmen ze weer door. Daarom staat iedereen hier te vissen.”
En vissen was dan nog sportief uitgedrukt. Bij vissen verwacht je urenlang turen naar een dobber. Een oerstrijd tussen een jager en zijn prooi, gewonnen met veel geduld en een stevige hengel met aas dat geen vis kan weerstaan. Maar zoals gezegd, haringen zijn blijkbaar de Gekke Henkies van het vissenrijk. Haringen happen in haakjes zonder aas. Zwemmen langs haakjes en blijven steken. Ik heb vissers een lijn met zes haken zien uitgooien om na vijf minuten zes haringen binnen te halen. De een met de haak in zijn bek, de ander in zijn rug en weer een aan zijn staart. Als je lange benen zou hebben, kun je volgens mij gewoon met een schepnet haring vangen.
En ’s avonds bleek dat ook Alex het stukje over de domme vissen goed gehoord had. Hij zat de inhoud van zijn vissticks kritisch te bekijken en ik zei “dat is andere vis dan die we vandaag hebben gezien…” Waarop hij tevreden een hap nam en zei “oh, is dit dan slimme vis?” Dat jochie komt er wel.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten