woensdag 13 augustus 2014

Eerste schooldag



Oh god, oh god, oh gottegottegot, waar ben ik beland? Heb ik een ongemerkte tijdreis gemaakt? Ben ik op een dagje uit met de AJC *), is dit de sociale, egalitaire heilstaat die ons decennia lang beloofd is? Of is dit gewoon echt het land waar ik drie jaar geleden naar toe verhuisde? Wat doe ik temidden van een verzameling hoogblonde kinderen onderaan een vlaggenmast met fier wapperende vlag?

Even recapituleren…

Ohja, vandaag is Alex’ eerste schooldag. Mijn enige herinnering aan mijn eerste schooldag is dat ik met drie andere kinderen om een tafel stond met een paarse cirkel van karton er op. En daar moesten we goed naar kijken. Verder geen enkele herinnering die me een beeld had kunnen geven van hoe de eerste schooldag van mijn oudste kind zou zijn. Maar goed, als ik al beelden had gehad dan konden die meteen over boord. Want dit is Denemarken. En daar doen ze dingen anders…

De vlaggenmast op het schoolterrein is ontmoetingspunt voor ouders en nieuwe leerlingen. Uiteraard met fier wapperende Dannebrog. De kinderen worden in twee groepen verdeeld en naar voren geroepen. Voor mijn ogen ontstaan twee kluwens kinderen, vrijwel allemaal hoogblond en stuitend Nordisch. Dit moet de natte droom van Heinrich H. geweest zijn die hij had toen hij de Lebensbornklinieken bedacht. Alhoewel ik vermoed dat er in de H.H.Creches geen ruimte was geweest voor het (vermoedelijk) Somalische meisje in Alex’ klas.

Op een teken van de rector verschijnt plots een nieuwe kluwen hoogblonde kinderen om de aanwezigen toe te zingen. Driftig wapperend met Deense vlaggetjes. Want ja. We zijn Denen en we houden van zingen. En van de Deense vlag. En van een combinatie van de twee krijgen we massaal een kriebel in onze buik. Het is dat men ook in Denemarken kinderen van 5 en 6 jaar te jong vindt voor alcohol, maar anders…

Bij binnenkomst in de klas staat op elk tafeltje een Deens vlaggetje en is het schoolbord versierd met een Deense vlag. En op het einde van de eerste dag, als iedereen naar huis of naar de DUS (buitenschoolse opvang) gaat, wordt er natuurlijk afsluitend samen gezongen.

Maar het begint te wennen. Het zingen, het vlagvertoon, de dingen die Denen tot Denen maken. De overal wapperende Dannebrog begint op een bepaalde manier positief vertrouwd te raken. En hoewel het voor mij (en vermoedelijk ook voor Pauline) echt wennen is, is het voor Alex en Yelena vanzelfsprekend. Zij weten niet beter. De Deense vlag komt bij elk bijzonder moment op tafel. En zingen hoort er bij. Twee kleine Deentjes in de dop.

*) AJC: voor de mensen die deze afkorting niet kennen, de Arbeiders Jeugd Centrale. Jongerenafdeling van de Sociaal Democratische Arbeiders Partij.

vrijdag 8 augustus 2014

Utereg me stadsjie



Rip van Winkle, kent u die naam? Nu ik afgelopen vakantie voor het eerst in bijna drie jaar weer in het centrum van good old Utrecht was, wist ik hoe hij zich gevoeld moet hebben toen hij na jaren afwezigheid weer terug kwam in zijn dorp. De straten en gebouwen zijn natuurlijk niet veranderd, ik kan nog steeds op de automatische piloot van A naar B lopen. Maar vol verbazing zag ik vooral een stadsjie dat uber, maar dan ook echt uberhip geworden was. Alsof de stad na mijn vertrek zijn oude kleren heeft afgeschud en de creditcard eens flink heeft laten wapperen…

Koffiezaakjes, waar de bizarste soorten koffie en thee te krijgen zijn. Caffe latte, macchiato, cappuccino met naar believen een of twee shots espresso, ristretto. Of neem een kop thee. Groen of zwart. Darjeeling, first pick, second pick, gyokuro, assam (maar dan weer geen lapsang suchong). En die zaken dienen het liefst genuttigd worden op het aanpalende terrasje van hippe, wankele stoeltjes en tafels, in het gezelschap van een vlotte tablet, telefoon of nadrukkelijk aanwezig aantekenboekje waarin druk gekrabbeld wordt.

Restaurantjes. Op biologische, ecologische maar vooral op kretologische leest geschoeide producten. Puur. Zuiver. Eerlijk. Natuurlijk. Maar bovenal uniek. Een beleving. Je bent niet alleen meer wat je eet. Maar vooral ook waar je eet. En die aanbieders van culinaire belevingswerelden zitten vol met jonge ouders en kinderen in stuitend schone, hippe kinderkleren. Met schalkse kapsels en uitzonderlijke namen.

En ik, ik stond daar maar. Wankelend. Voorbijgangers aanklampend met de vraag “wie ben ik, wat doe ik hier. Waar is mijn roddelflop?” Ontzet schreeuwend stond ik voor een leeg, in alle haast ontruimd pand dat vroeger de boekenhemel van De Slegte vormde. Ontzet hoorde ik dat Jan de Barman van de Gasterij, nu Lokaal 9, bij het huidige bedienend personeel nog slechts iemand uit verhalen is.

Maar eerlijk is echter eerlijk, het nieuwe jasje staat m’n stadsjie goed. Het was uitstekend toeven op de diverse terrasjes, met een kop Gyokuro-thee en mijn aantekenboekje bij de hand. Zittend op een wankel doch hip stoeltje. De zon scheen, de mensen waren mooi en jong en Utrecht zat mij opnieuw als gegoten. Maar een ding is niet veranderd. Broadway aan de Oudegracht serveert nog steeds de lekkerste babyribs!